Storm houdt van grote woorden. Als er iets misgaat is dat meteen ” de ongelukkigste dag” van zijn hele leven.
Vanavond sneed ik zijn schnitzel naar zijn smaak te klein. “Bij deze stukjes ben ik twintig voor ik dat op heb!”
Met Casper lees ik langzaamaan boekjes. De CD’s, die ik heb vindt hij vééél te gemakkelijk. Ik beloof hem andere aan te schaffen. Gniffelend zegt hij: ” En als die natuurlijk ook te gemakkelijk zijn, kost dat je wel mooi veel geld.”
Sarah kan zich in diepe treurnis storten. De aanleiding is vaak miniem. Ze vekleedt zich boven in haar Ninjapak. Als we naar beneden gaan, vraag ik haar haar schoenen mee te nemen, opdat ze morgenochtend terug te vinden zijn. ” Die zijn vééél te zwaar voor mij” en dan tranen, een stortvloed, snot over haar gezichtje. Ze zet aan, giert, snikt en schokt.
Eerst negeer ik het een poosje, maar ze raakt volstrekt overstuur. Als ze op mijn schoot bijkomt, trilt ze als een espenblad
Ze is zo moe dat ik haar voortijdig naar bed breng, binnen twee minuten slaapt ze.