Nemo

Storm mag kiezen: waar gaan we zaterdag naar toe. Ik stel voor om naar het treinenmuseum in Utrecht te gaan. “Ik heb niks met treinen, omajan.”
Dan het scheepvaartmuseum; ook met schepen heeft hij niets.
Vervolgens het Nemo, een techniekmuseum. “Daar ben ik heel lang niet met je geweest, dat wil ik.” Hij kiest het liefst voor het vertrouwde.
Hij is onvoorstelbaar galant. Hij hangt mijn jas op en vraagt telkens of ik niet moe ben. Hij rent langs de attracties, drukt in het wilde weg op knoppen. Pas bij het rotanstaketsel, waar hij kan bouwen (bekend van vorige keren) is hij lang geconcentreerd bezig.

Weer een race langs de opstellingen.
Bij de waterzuiveringsinstallatie dwing ik hem de aanwijzingen te lezen en te volgen. Hij kijkt me aan, beheerst zich en we doorlopen het circuit.

In het simulatietorentje, waar hij alleen maar de sensaties hoeft te ondergaan, heeft hij de rust om te blijven.

Op de terugweg, ik ben intussen echt moe, komen we opnieuw langs de waterzuivering. Hij kijkt me smekend aan en vraagt: “Mag ik nog één keer?’
Pas als hij zeker weet dat hij iets kan of kent, begint hij eraan


Geplaatst

in

door

Tags: